Een speciale plaats onder de Optina-oudsten wordt ingenomen door de monnik Ambrosius, ‘Ouderling Ambrosim’, zoals hij door het volk werd genoemd. “Zijn roem was heel groot, hij vloeide door de zwaartekracht, van mond tot mond, zonder lawaai, maar met liefde. Ze wisten dat als er verbijstering, verwarring of verdriet in het leven was, je naar pater Ambrose moest gaan. Hij zou het allemaal uitzoeken, kalmeren en je troosten. <...> Dus gaf hij zichzelf weg, zonder te meten of te tellen. Is het niet omdat er altijd genoeg was, er altijd wijn in zijn wijnzakken zat, omdat hij rechtstreeks verbonden was met de eerste en grenzeloze oceaan van liefde”, zo definieerde Boris Zaitsev in een paar woorden, maar verrassend nauwkeurig, de essentie van de aantrekkingskracht van de oude man. De liefde van de oudste trok niet alleen de eenvoudige harten van pelgrims uit het volk aan, die de priester met volledig vertrouwen behandelden. Vertegenwoordigers van de kleur van de Russische intelligentsia haastten zich naar de 'hut' van pater Ambrosius, aan wie de geest van de Optina-oudsten de rijkdom en schoonheid van de Kerk en het orthodoxe geloof openbaarde. F. M. Dostojevski, L. N. Tolstoj, filosoof V. S. Solovyov, schrijver en filosoof K. N. Leontiev en vele anderen spraken ouderling Ambrosius toe.
In de bijlage vindt u een akathist van St. Ambrosius van Optina, zijn leven, wonderen en enkele leringen.