Met de beslisboom kunnen voorschrijvers een van de vier clusters van symptomen identificeren waarop ze de behandeling kunnen richten. "Clusters" omvatten hyperarousal, emotionele ontregeling, hyperactiviteit/neurocognitieve en cognitieve inflexibiliteit. Zodra het primaire cluster met de grootste impact op het functioneren van de patiënt bekend is, identificeert de beslissingsboom van het algoritme een eerstelijns- en tweedelijnsmedicatie om voor te schrijven. Per cluster wordt ook een aanvullende therapie gegeven. Het gebruik van de beslisboom helpt bij de behandeling van FASD/ND-PAE-patiënten bij het verbeteren van het dagelijks functioneren en het verminderen van onnodige en ongewenste medicatie. Vier tot zes weken na gebruik van de beslisboom kunnen voorschrijvers een korte enquête invullen om de effectiviteit van deze allereerste medicatiebeslisboom voor FASD/ND-PAE-patiënten te helpen evalueren.