Groote christelijke zee-vaert, in XXVI. predicatien, in maniere van een zee-postille: In welken een schipper, koopman, oorlogs-volk, zee-ende reysende-man, geleert wort, ende ook andere kan leeren, hoe men in de vreese Godes godtsaligh en voorspoedigh in zijne reyse ... de heylige dagen des jaers vieren ... houden ende dragen sal. Verrijckt met verscheydene gebeden ... liedekens, ende drie registers. Met de beschrijvingh van Stavoren
Adam Westerman
Free